HET INDUSTRIËLE VERLEDEN VAN APPINGEDAM KOMT TOT LEVEN VOOR DE VOLGENDE GENERATIES
Het plan voor een industrieel museum van Appingedam is ontworpen voor de doelgroep kinderen en jonge gezinnen. De ontwerpvraag is: Hoe kan je als ontwerper een museum interessant maken voor kinderen? Het maken van een ontwerp is een creatief proces, waarbij de ontwerpkeuzes gericht zijn op meerdere aspecten zoals het concept, de context van het gebouw, het vertalen van het onderzoek naar hoe kinderen leren, hoe kinderen zich in de ruimte oriënteren en hoe het museum toegankelijk wordt voor kinderen.
HET GEBOUW
Het bestaande gebouw heeft geen industriële functie gehad en is samengesteld uit een aantal aan elkaar gekoppelde panden. Er is enige samenhang door het consequente gebruik van rode bakstenen en oranje dakpannen, maar de stijl van de bebouwing varieert. Over het algemeen is de vorm industrieel te noemen, mede door het gebruik van beton met houtstructuur en bakstenen dat in het gebouw veelvuldig voorkomt. De schil van het gebouw geeft de industrieel impressie in contrast met de simplistische zachte sfeer van het interieur ontwerp. Voor dit contrast is gekozen om de combinatie van industrie en het concept zichtbaar te maken
De opdrachtgever stichting BICSA vindt het belangrijk dat het museum toegankelijk is vanaf de weg en het kanaal. De opdrachtgever vindt de toegankelijkheid van af het water belangrijk, omdat veel mensen met de boot varen in de zomer. Daarbij moeten de verschillende ruimtes in het museum vanuit de ontvangstruimte rechtstreeks bereikbaar zijn. Om aan deze vragen te voldoen, is er aan het bestaande gebouw een aanbouw ontworpen welke van beide kanten toegang verleend naar de centrale ontvangstruimte en naar rechtstreeks verbinding verleend met de verschillende functies van het museum.
JONGE DOELGROEP
Een museum die kinderen weten te boeien, uit te dagen en te stimuleren. Iets wat vanzelfsprekend klinkt, maar zo complex is. Daarom heb ik doormiddel van mijn onderzoek, onderzocht hoe ik als ontwerper een museum interessant kan maken voor kinderen. De uitkomst bestaat uit een samenhang van meerdere ontwerp elementen. Denk hierbij bijvoorbeeld aan: prikkels welke gebalanceerd toegepast zijn, duidelijke oriëntatie, materiaal gebruik, herkenbaarheid, veiligheid en de denk methode gebruikt van Jerome Burner.
Doordat deze elementen zijn toegepast in het ontwerp, kunnen kinderen zich beter oriënteren in de ruimte, maken ze kennis met echte materialen, leren ze op hun denkniveau en helpt het museum mee aan een betere ontwikkeling van het kind.
THEMA VAN HET MUSEUM
Appingedam kende tal van verschillende fabrieken, zoals strokartonfabrieken, een machinefabriek, steenfabrieken, kalkovens, de gasfabriek, een fabriek voor bronsmotoren en zo meer. Om bij al deze fabrieken het overzicht te bewaren en duidelijkheid te creëren voor de doelgroep, zijn de fabrieken onderverdeeld in vier thema’s. De thema’s zijn vervoer, bouw, agrarisch en energie.
Om het verhaal van het industriële verleden van Appingedam in deze vier thema’s te vertellen, wordt er met de tentoonstelling vooral op de beleving ingespeeld. BISCA beschikt namelijk niet over objecten die tentoongesteld kunnen worden. Daarom worden de verschillende onderwerpen gepresenteerd door handelingen uit te voeren, visualisering, videomateriaal en tekstondersteuning, zodat de bezoekers beleven hoe de verschillende fabrieken in die tijd produceerden. Daarnaast wordt dit in de drie denkvormen opgezet van Jerome Burner, zodat het aansluit bij het niveau van de cognitieve ontwikkeling van het kind.
KALK OVEN
De kalkoven is een historisch karakteristiek object en een deel van de industriële geschiedenis van de stad Appingedam. Het is tevens aangewezen als rijksmonument en ook mede daarom van grote betekenis voor het museum. Het is nog een enkele overblijfsel van de rijke industriële geschiedenis van Appingedam en daardoor onmisbaar in de tentoonstelling.
Aangezien de kalkoven onder het thema bouw valt, wordt de kalkoven alleen in de omgeving van de kalkoven en de turfschuur uitgelicht. Deze keuze is gemaakt omdat uit mijn observatie-onderzoek blijkt dat de doelgroep kinderen weinig tot geen aandacht hebben voor objecten die voor hen onherkenbaar zijn. Daarom had het weinig meerwaarde om de specifieke vorm van de kalkoven terug te laten komen in het hoofdgebouw van het museum, omdat dit voor de doelgroep niet als zodanig herkenbaar zou zijn.
Om het verhaal te kunnen vertellen in het ontwerp, heb ik het productieproces van de oven mee genomen in de beleving van het ontwerp. Door de bezoeker in de omgeving van de kalkoven in contact te laten komen met de herleide materialen zoals schelpen, baksteen, cement en het water van het Nieuwe Diep, worden de zintuigen onbewust geprikkeld en de materialen herkenbaar. In de turfschuur wordt het verhaal van de kalkoven tekstueel, visueel en interactief verteld volgens de methode van Jerome Burner.
Door al deze ontwerp keuzes en de eisen van de opdrachtgever toe te passen in combinatie met het concept is er een bijzonder ontwerp uit voortgekomen die passend is bij: de doelgroep, gebruiker, het gebouw en zijn omgeving. Doormiddel van het ontwerp van het museum en zijn tentoonstelling, zal er een jongere doelgroep kennis maken met de stad Appingedam.
Van 3 juli tot 9 september 2020 was het ontwerp van de mogelijke museale invulling, te zien
in het gebouw van het Fonds Eemsmond, hoek Wijkstraat – Oude Kerkstraat te Appingedam.
copyright 2019 Ronny Benjamins Bedrijfsfotografie en Video